Voorste kruisbandreconstructie
Context
De voorste kruisband is één van de cruciale componenten voor kniestabiliteit. Dankzij de kruisbanden kunnen het dijbeen en het scheenbeen niet voor- en achterwaarts ten opzichte van elkaar bewegen (zie ‘anatomie’).
Een gescheurde voorste kruisband heelt niet omdat de uiteinden elkaar niet meer raken. Het is een blijvend letsel.

Linker afbeelding intacte voorste kruisband; rechter afbeelding gescheurde voorste kruisband.
Wanneer de voorste kruisband is gescheurd ervaren mensen een instabiliteit van de knie, voelen ze dat het dijbeen en scheenbeen ‘vreemd’ beweegt, en zakken ze soms door het gewricht bij dagdagelijkse activiteiten zoals wandelen of de trap afgaan.
Reconstructie van de voorste kruisband is een vaak voorkomende ingreep, die we dankzij de vooruitgang van chirurgische technieken uitvoeren met minimale incisie en een laag risico op complicaties.
Vaak raken ook andere componenten, zoals de meniscus, het kraakbeen, of andere ligamenten (zie ‘anterolateraal ligament’), beschadigd en moeten deze ook tijdens de operatie behandeld worden.
Oorzaken
De meeste voorste kruisbanden raken beschadigd tijdens het sporten, wanneer de knie verder draait dan de trekkracht van het ligament bij een plotse beweging, een klap, … Vaak horen patiënten bij het scheuren een “poppend” of krakend geluid. Geleidelijk aan zwelt het kniegewricht op door het bloeden van de scheur. Gebeurt het scheuren van de voorste kruisband tijdens het sporten, dan is het meestal moeilijk om verder te gaan.
Keuze voor een voorste kruisbandreconstructie
U beslist samen met uw familie, eventueel de huisarts en dokter De Neve voor een voorste kruisbandreconstructie. Daar gaat een grondig klinisch onderzoek aan vooraf, zodat we over alle nodige informatie beschikken voor een gegronde beslissing.
Een reconstructie is aangewezen als de knieinstabiliteit een aantal van uw dagelijkse activiteiten bemoeilijkt.
Daar komt ook bij dat een gescheurde kruisband, indien onbehandeld, kan leiden tot andere beschadigingen in de knie en slijtage op lange termijn.
Vaak kunnen we de schade en haalbaarheid van een ingreep bepalen aan de hand van een Magnetic Resonance Imaging scan (MRI).
Wat is het
Bij een voorste kruisbandreconstructie reconstrueren we het gescheurde ligament met behulp van ander lichaamsweefsel, zoals de hamstringpees of kniepees. In uitzonderlijke gevallen gebruiken we ook gedoneerd weefsel.
De meeste chirurgen hebben een voorkeur voor lichaamseigen weefsel, omdat het over het algemeen uitstekende resultaten oplevert. Er bestaat op dit moment geen consensus over wat de beste optie is; hamstringpees, quadricepspees of patellapees.
Dokter De Neve opteert in de meeste gevallen voor hamstrings. We adviseren steeds op maat van de individuele patiënt, en steeds na grondig vooronderzoek.
Anterolateraal ligament
Onderzoek heeft aangetoond dat bij voorste kruisbandletsels vaak niet alleen de voorste kruisband scheurt, maar dat er ook een letsel kan optreden ter hoogte van het anterolaterale ligament.
Het anterolaterale ligament is een belangrijke stabilisator van de rotatiebeweging in de knie.
Als het anterolateraal ligament beschadigd is, voegen we tijdens de procedure een extra stap toe: we bevestigen een monoloop aan de buitenkant van de knie, die het ligament herstelt en de weerstand bij rotatiebewegingen verhoogt.

Voorbereiding
Fysiotherapie
Plan bij voorkeur een aantal sessies in bij een fysiotherapeut/kinesist enkele maanden tot weken voor de ingreep, en oefen specifieke bewegingen. Door op voorhand kracht en soepelheid op te bouwen in en rond de knie, zal u ook na de ingreep sneller herstellen.
Algemene gezondheid
We plannen een aantal onderzoeken in, afhankelijk van uw leeftijd en algemene toestand zijn een bloedname en ECG nodig. Dit kan gebeuren via de huisarts of de preopnamedienst.
Heeft u een chronische medische aandoening, zoals een hartafwijking of een longziekte, dan vragen we een specialist ter zake (cardioloog, pneumoloog, …) voor een preoperatief onderzoek.
Medicatie
Neemt u bloedverdunners of hormonale medicatie dan gaat u best bij de huisarts langs. De huisarts zal beslissen of deze medicatie dient gestopt te worden voor de operatie en hoelang voor de operatie.
Chirurgie
Meestal start uw ziekenhuisopname op de dag van de ingreep zelf. Dit zijn een aantal aandachtspunten specifiek voor deze ingreep.
Anesthesie
De ingreep gebeurt onder algemene narcose. U wordt volledig in slaap gebracht door de anesthesist voor de operatie. Bijkomstig wordt een “ruggenprik” verricht, waarbij de onderste ledematen verdoofd worden en u na de chirurgie minder pijn ervaart. Tijdens de ingreep zelf injecteren we extra pijnmedicatie. Vaak heeft u voor de operatie een kort gesprek met de anesthesist.
Procedure
Nadat u onder narcose bent gebracht, dienen we antibiotica toe, en onderzoeken we de knie om de instabiliteit van de voorste kruisband te verifiëren.
We reconstrueren de voorste kruisband met behulp van een artroscoop (zie ‘kijkoperatie van de knie’). Daarvoor maken we twee kleine incisies. Om een stukje van de hamstring te verkrijgen maken we een incisie van drie centimeter lang juist onder de knie. Gebruiken we een deeltje van de kniepees, dan maken we een incisie van vier tot vijf centimeter langs de voorkant van de knie.
We boren smalle tunnels door het onderste uiteinde van het dijbeen (femur) en de bovenkant van het scheenbeen (tibia). We hechten het hamstringweefsel of kniepeesweefsel aan beide botten.
We pakken eventuele andere beschadigingen, zoals die aan de meniscus of aan het kraakbeen, aan.
Post-chirurgie
U blijft gemiddeld één nacht na de ingreep in het ziekenhuis.
Wondverzorging
Na de operatie is uw knie omwikkeld door een zacht verband. De ochtend na de ingreep vervangen we het verband door douchepleisters.
Fysiotherapie
Voor een succesvolle revalidatie is het essentieel dat u kort na de operatie zelf start met bewegingsoefeningen. De fysiotherapeut/kinesist adviseert u tijdens de eerste sessie over specifieke bewegingen die u zullen helpen om opnieuw spierkracht en mobiliteit op te bouwen. Het doel is om u zo snel mogelijk terug op de been te krijgen zodat u uw dagdagelijkse activiteiten kan hernemen.
Revalidatie
Fysiotherapie
Een succesvolle revalidatie hangt in grote mate af van een goede balans tussen beweging en het minutieus volgen van de aanbevelingen.
We voorzien een rehabilitatieprotocol voor uw fysiotherapeut/kinesist, en volgen uw vooruitgang van dichtbij op.
Activiteiten
De eerste twee weken maakt u gebruik van krukken. Van zodra u opnieuw gemakkelijk kan wandelen, kan u zonder steun de deur uit.
Twee weken na de operatie kan u wellicht opnieuw kantoortaken uitvoeren. Autorijden is meestal terug mogelijk vanaf ongeveer twee weken na de ingreep, wanneer u daarvoor opnieuw over de nodige mobiliteit en kracht in de knie beschikt.
Een job waarbij u langere tijd rechtop staat kan opnieuw vanaf vijf tot zes weken na de ingreep. Voor zware arbeid heeft uw knie ongeveer drie maanden revalidatie nodig.
Deze sporten kan u opnieuw oppikken na een specifieke rustperiode:
- fietsen: gradueel opbouwen vanaf vier weken na de ingreep;
- joggen: gradueel opbouwen vanaf drie maanden na de ingreep;
- pivoterende sporten zoals voetbal, basketbal, tennis,…: gradueel opbouwen vanaf zes maanden na de ingreep, op voorwaarde dat u daarvoor over de nodige mobiliteit en kracht in de knie beschikt;
- competitief sporten: gradueel opbouwen vanaf negen maanden na de ingreep.
Een aantal aandachtspunten:
- bovenstaande termijnen kunnen oplopen als ook andere componenten van de knie, zoals kraakbeen of ligamenten, moeten helen;
- vermijd in de eerste maanden na de ingreep bewegingsoefeningen die de hamstring al te zeer rekken. Volgt u sportlessen, breng de lesgever dan op de hoogte van de ingreep;
- probeer niet te snel te gaan. Volg het revalidatieprotocol, zodat u geen nieuwe schade aan de knie oploopt.
Opvolging
We plannen een eerste controleafspraak vier weken na de ingreep. We onderzoeken de wonde en bespreken het verloop van de operatie.
We volgen uw revalidatie op na vier weken, drie maanden, zes maanden, één jaar en twee jaar na de operatie. We monitoren en testen uw vooruitgang, en vragen naar uw ervaringen.
Eventuele complicaties
Complicaties bij een voorste kruisbandreconstructie zijn zeldzaam. De meeste complicaties zijn een gevolg van het niet opvolgen van het rehabilitatieprotocol. Het voornaamste advies ter preventie van complicaties is dan ook: probeer niet te snel te veel te doen. Als u pijn ervaart, of als de knie opzwelt, dan heeft u het gewricht te veel belast.
We bespreken de risico’s voor de ingreep, en doen er alles aan om potentiële complicaties te vermijden.
Herkent u signalen van mogelijke complicaties? Neem dan zo snel mogelijk contact op.
Infectie
Infectie is het binnendringen van een bacterie (meestal een bacterie die op de huid leeft) in de wonde tijdens of na de ingreep.
Infecties kunnen ook veroorzaakt worden door een inflammatie op een andere plaats in het lichaam, zoals in de mond, blaas, of in de huid. Deze bacteriën kunnen zich via de bloedbanen verplaatsen, en een infectie veroorzaken ter hoogte van de knie.
Verwittig ons bij één van deze signalen, die kunnen wijzen op een infectie:
- aanhoudende koorts;
- rillen;
- toegenomen roodheid rondom de wond;
- gevoeligheid of zwelling ter hoogte van de knie en/of wonde;
- overmatig wondvocht;
- hoge pijn bij activiteiten in rust.
Afhankelijk van de ernst van deze complicatie, behandelen we die met antibiotica en/of plannen we een nieuwe ingreep om de wonde te reinigen.
Bloedklonter
Een trombose (bloedklonter) in de bloedvaten van het onderbeen kan ontstaan als gevolg van de tijdelijk verminderde beweeglijkheid van de knie, waardoor het bloed minder goed wordt rondgepompt en kan klonteren. De bloedklonters kunnen levensbedreigend zijn wanneer ze loskomen en in de longen een embolie veroorzaken.
Het risico hierop neemt toe met de leeftijd, en is afhankelijk van andere factoren zoals orale anticonceptie, roken, obesitas, …
Volg de instructies over trombose/embolie preventie zorgvuldig op om het risico op bloedklonters na de operatie te verminderen.
Verwittig ons bij één van deze signalen, die kunnen wijzen op trombose of bloedklonters:
- meer dan normale pijn in de kuit;
- abnormale gevoeligheid of roodheid boven of onder de knie;
- plotse toename van zwelling in kuit, enkel of voet.
Gevoelloosheid
Tijdens de ingreep snijden we kleine huidzenuwen door. Daardoor kan een gevoelloze zone ontstaan naast het litteken. Deze zone wordt in het eerste jaar na de ingreep kleiner en verdwijnt in vele gevallen.
Pijn
U ervaart de eerste weken na de operatie wellicht enige pijn bij het uitvoeren van dagdagelijkse activiteiten, net als ‘s nachts.
Pijntherapie is een belangrijk onderdeel van de directe revalidatie na de ingreep. Hoe minder pijn u voelt, hoe sneller u opnieuw kan bewegen, en hoe sneller u terug op krachten komt.
Neem Contact met ons op als u de pijn als excessief ervaart.

Dr. Francis De Neve
Specialisatie
Orthopedie en traumatologie in knie- en heupchirurgie.
+32 9 246 73 00
Buitenring Sint-Denijs 30
9000 Ghent